Handreiking inzet tijdelijk personeel
In verband met de beschikbaar gestelde NPO-middelen (Nationaal Programma onderwijs) zullen schoolbesturen de aankomende tijd extra personeel inschakelen. Bij veel besturen leeft de vraag hoe zij de inzet van personeel kunnen vormgeven en waar ze op moeten letten in het kader van geldende wetgeving en de cao. De PO-Raad heeft de belangrijkste aandachtspunten op een rij gezet.
Verklaring omtrent gedrag (VOG)
Elke medewerker die in het onderwijs in dienst treedt, dient te beschikken over een actuele VOG (geen kopie en niet ouder dan 6 maanden). Tevens dient de VOG afgegeven te zijn vóór de datum van indiensttreding. Uw accountant controleert hier elk jaar op en bij ontbrekende en te laat afgegeven VOG’s zal dit worden doorgegeven aan de inspectie. Om dit te voorkomen verzoeken wij u om uw nieuwe medewerkers op tijd aan ons aan te leveren en uw medewerkers erop te attenderen dat zij hun VOG zo spoedig mogelijk aanvragen.
Melding ziek uit dienst
Eindigt het dienstverband van uw werknemer tijdens zijn ziekte? Dan hoeft u het loon niet meer door te betalen. Een werkgever is wel verplicht om bij het UWV te melden dat een werknemer ziek uit dienst gaat. Deze melding dient uiterlijk op de laatste dag van het dienstverband worden gedaan. Als deze melding niet of te laat wordt gedaan kan de werkgever geconfronteerd worden met een boete. Om dit te voorkomen dient u dit tijdig door te geven aan uw klantmedewerker.
Premiewijziging Participatiefonds
Tijdens het opmaken van de jaarrekening 2020 bleek dat het Participatiefonds een positief resultaat heeft gerealiseerd. Dat betekent dat het totaalbedrag aan premies dat is ontvangen hoger is dan de kosten voor het vergoeden van werkloosheidsuitkeringen in het primair onderwijs. Om te voorkomen dat dit leidt tot een vergroting van de vermogensbuffer heeft het Participatiefonds met ingang van 1 augustus het premiepercentage te verlagen van 4,0% naar 3,5%.
Publicatie definitieve regeling v/d bekostiging PO
Voor het schooljaar 2020-2021 is op 6 juli 2021 de definitieve regeling van de bekostiging PO gepubliceerd.
In september 2020 was de tweede regeling gepubliceerd. In deze definitieve regeling zijn de bekostigingsbedragen aangepast op basis van salarisontwikkelingen (de referentiesystematiek).
Wat zijn de aanpassingen?
Ten opzichte van de prijzen in de tweede regeling zijn de prijzen in de definitieve regeling met 1,49% gestegen. T.o.v. de definitief vastgestelde regeling voor het schooljaar 2019-2020 is de stijging 2,72% voor leraren en 3,16% voor directie.
Een vergelijking met betrekking tot de gemiddelde personeelslast, zoals deze genormeerd wordt gebruikt voor de bepaling van de bekostiging, is als volgt:
Gemiddelde | def regeling | 2eregeling | def regeling | Bijstelling t.o.v. | Bijstelling t.o.v. |
pers last | 2019-2020 | 2020-2021 | 2020-2021 | 2e regeling | 2019-2020 |
Leraren | 71.704,66 | 72.574,27 | 73.658,19 | 1,49% | 2,72% |
Directie | 87.113,17 | 88.540,08 | 89.862,46 | 1,49% | 3,16% |
Het budget voor personeels- en arbeidsmarktbeleid is in de definitieve regeling 2020-2021 vastgesteld op €19.751,71 per school en € 805,49 per leerling basisonderwijs, € 14.676,37 per school en € 1.195,22 per leerling SBO en
€ 1.059,98 per leerling SO.
In het bedrag per leerling is een bedrag van € 254,49 begrepen voor de verlaging van de werkdruk. Voor SBO en SO zijn de bedragen per leerling voor verlaging van de werkdruk resp. € 381,74 en € 508,89.
De regeling is bekendgemaakt in de Staatscourant van 6 juli 2021.